Vierde zondag van Pasen (jaar B)

Geroepen? of Geroepen!

Wanneer weet je of je geroepen bent? Dag Hammerskjöld, de oud voormalig vermoorde 
secretaris-generaal van de Verenigde Naties gaf als antwoord: “Ik weet niet wanneer ze 
gesteld werd. Ik herinner me niet dat ik antwoordde. Maar eens zei ik ja tegen iemand of iets. 
Vanaf dat ogenblijk had ik de zekerheid dat het hele leven zinvol is en een doel heeft. 
Vanaf dat moment heb ik geweten wat het wil zeggen: “niet om te zien” 
en “zich niet bekommeren om de dag van morgen”.”



Is roeping niet het hele leven? Worden we niet elke dag geroepen?
Eens was Jezus ook jong en vol vragen, net als wij vandaag. Hij ging naar de synagoge en las wat 
de profeten hadden geschreven. Maar alles wat Hij hoorde in de synagoge kwam hem mat voor, en dor. 
De zinnen waren wel juist, maar de klant was niet helder. Het geschrevene was niet onwaar, 
maar er straalde geen licht uit. Jezus moest als een blinde, tastend door een wereld vol schaduwen 
en dreigingen zijn weg vinden. Hij zal zich onzeker en ongelukkig hebben gevoeld, onbegrepen, 
niet gewaardeerd. Langzaam groeide in hem het besef dat er voor Hem nog geen boek was 
geschreven, maar wel dat er iemand was die Hem iets kon leren. Hij begon te begrijpen 
dat dat Hij een nieuw soort herder kon zijn. Hij wachtte, Hij wist dat de dag zou komen 
waarop God Hem zou roepen. 
Toen Hij de hoogste bergtop beklom, daar stond en uitkeek over dat mooie land, 
omstraalde plotseling een zee van licht Hem, en Gods stem was in Hem die zei: 
“Jij, bent de Uitverkorene, Jij bent mijn Zoon, geroepen om alle mensen te leiden 
in deze duistere wereld. Velen weten niet waar ze moeten gaan of staan: help hen, 
wijs hun de weg”. Toen wist Jezus zijn bestemming. Toen wist Hij waarom en 
waarvoor Hij is geboren. En Hij begon te spreken; eerst zacht, daarna luider, 
daarna met heftige en overdonderende stem alsof Hij zo de hele wereld kon bereiken.

Vandaag kunnen we in zijn voetsporen treden, en kunnen we zelf goede herder zijn. 
Dat doet me denken aan een leerkracht die indruk op me maakte als een tiener. 
Waar de meesten benadrukten dat je met twee woorden moest spreken, 
zei hij meermaals dat je met drie lichaamsdelen moest luisteren: je oren, je verstand, je hart. 
We zijn dikwijls gefocust op de woorden van Jezus, op de antwoorden die Hij formuleerde. 
Veel minder zien we de vragen die Hij stelt of de keren dat Hij niets zegt, maar luistert. 
Wat zouden Martha, of de blinde Bartemëus, of de Samaritaanse vrouw bij de put, 
of de apostelen over Jezus zeggen.
Dat Hij luisterde naar woorden, maar ook naar het onuitgesprokene, naar zorgen, 
maar ook naar de vreugde van de mensen; mededogend en zorgzaam. 
Laten we leren om niet alleen onze oren maar ook onze harten te openen. 
Wie weet ontdekken we dat in het luisteren naar anderen ook iets over onszelf. 
Hoofdstuk 18 vers 13 uit het boek Spreuken is daar duidelijk over: “Wie antwoordt 
zonder eerst te luisteren, handelt dwaas en maakt zichzelf belachelijk”. 
De Deense filosoof Sören Kierkegaard verwoordde het als volgt: “Ik ontdekte 
dat ik minder en minder te zeggen had, tot ik uiteindelijk stil werd en begon 
te luisteren. En in die stilte hoorde ik de stem van God”. 

Het is traditie dat op de vierde zondag na Pasen om roepingen wordt gebeden 
en die niet het resultaat geven die we graag zouden zien. In afwachting mag 
niemand van ons vergeten wat nu reeds mogelijk is: dat we allen goede herder 
mogen en kunnen zijn in ons beroep, in onze omgeving, in onze geloofsgemeenschap. 
We worden kinderen van God genoemd en we zijn het ook zegt Paulus. 
We mogen onszelf zien als vrienden van God en met Hem meewerken. 
Dan kunnen we in navolging van Petrus mensen doen opstaan.

Freddy Demey
21 april 2024
doc.: Tekst: BP4-2024-04-20
Tekst aanpassen (verantw.)    Thuispagina